Aansprakelijkheid van de handelsagent

In hoeverre kan een handelsagent door de principaal aansprakelijk worden gesteld voor schade die de principaal lijdt als gevolg van transacties waarbij de agent bemiddeling heeft verleend?

De hoofdregel is dat – indien partijen niets hebben afgesproken – de handelsagent geen risico draagt voor de goede afloop van een transactie tussen de principaal en de klant. Hierop bestaat één uitzondering: namelijk de situatie waarin de handelsagent een transactie sluit met een klant van wie hij weet of behoort te weten dat deze insolvent is. Een handelsagent is in sommige gevallen beter in staat (potentiële) klanten te beoordelen op hun kredietwaardigheid dan de principaal; de agent is immers doorgaans goed thuis in de relevante markt. In de praktijk kan dan ook bij de principaal de behoefte bestaan het financiële risico van een transactie deels ten laste te brengen van de handelsagent.

De Nederlandse wet biedt de mogelijkheid om bij (schriftelijke) overeenkomst van de hoofdregel af te wijken; partijen kunnen in de agentuurovereenkomst een zogenaamd delcrederebeding overeen komen. Op grond van dit beding neemt de handelsagent een bepaalde aansprakelijkheid op zich voor verplichtingen die voor derden (klanten) uit een door hem bemiddelde of afgesloten overeenkomst voortvloeien. De handelsagent neemt met een delcrederebeding derhalve meer risico’s op zich, waarvoor hij doorgaans wordt beloond met een extra (hoge) provisie. De Nederlandse wet stelt in artikel 7:429 van het Burgerlijk Wetboek een aantal dwingendrechtelijke verplichtingen ten aanzien van een rechtsgeldig delcrederebeding.

In de eerste plaats is het beding alleen geldig indien het schriftelijk overeen is gekomen. In de tweede plaats is de handelsagent alleen aansprakelijk voor de “gegoedheid” van de derde, aldus de wet. Dit houdt in dat de handelsagent alleen aansprakelijk is voor de niet of niet tijdige betaling van derden (klanten) aan de principaal. Andere verplichtingen van derden, zoals bijvoorbeeld een leveringsverplichting, vallen niet onder het delcrederebeding. In de derde plaats tenslotte, wordt de aansprakelijkheid van de handelsagent op grond van de wet beperkt tot het overeengekomen loon. Wel kunnen partijen ten aanzien van bijvoorbeeld één bepaalde transactie aparte afspraken maken en een verdergaande aansprakelijkheid voor de handelsagent overeenkomen. Een uitzonderingsmogelijkheid bestaat ook in het geval het delcrederebeding ziet op overeenkomsten die de agent zelf in naam van de principaal sluit.

Bestaat er een aanzienlijke wanverhouding tussen enerzijds het risico dat de handelsagent op grond van het delcrederebeding loopt en de voor de handelsagent overeengekomen beloning anderzijds, dan kan de rechter het bedrag waarvoor de handelsagent aansprakelijk is matigen. Deze matigingsbevoegdheid heeft alleen betrekking op het bedrag dat de bedongen beloning te boven gaat.

Een delcrederebeding is alleen van toepassing op transacties waarbij de handelsagent actief bemiddeling heeft verleend of transacties die de handelsagent zelf heeft afgesloten. Indien een klant uit het exclusieve vertegenwoordigingsgebied van de handelsagent een order plaatst waarvoor de klant zich rechtstreeks wendt tot de principaal, dan kan de principaal in het geval de desbetreffende klant niet betaalt geen beroep doen op het delcrederebeding. Dit is ook redelijk, aangezien de handelsagent in een dergelijk geval niet de mogelijkheid is geboden de kredietwaardigheid van de klant te onderzoeken en te beoordelen.

De handelsagent is niet aansprakelijk voor tekortkomingen van de derde als deze tekortkoming in de nakoming toe te rekenen is aan de principaal. Daarnaast is de agent niet aansprakelijk wanneer de tekortkoming in de nakoming van de derde te wijten is aan overmacht. Op het moment dat de derde niet betaalt, treedt het delcrederebeding in werking.

In Nederland komt een delcrederebeding in agentuurovereenkomsten – in tegenstelling tot bijvoorbeeld in Italië – niet vaak (meer) voor. Echter, in de huidige tijd waarin bedrijven steeds vaker te maken krijgen met lange(re) betalingstermijnen en incasso’s van vorderingen, kan het opnemen van een delcrederebeding in de agentuurovereenkomst een principaal mogelijk iets meer zekerheid bieden.

Dit artikel is in februari 2014 verschenen in de Fenedex Press, een uitgave van Fenedex. Fenedex is een vereniging van Nederlandse exporteurs en internationaal opererende ondernemingen.