Hoge billijke vergoeding voor statutair bestuurder toegewezen

Een statutair bestuurder van een Nederlandse importorganisatie van automerken wordt korte tijd na zijn aanstelling ontslagen door een aandeelhoudersbesluit. De gangbare praktijk is dat partijen in een dergelijke situatie (financiële) afspraken maken over de exit. In dit geval krijgt de bestuurder echter geen beëindigingsvergoeding aangeboden en wordt een opzegtermijn van slechts één maand in acht genomen.

Van Till advocaten staat de bestuurder bij in de procedure waarin hij verzoekt om de toekenning van een schadevergoeding en een billijke vergoeding.

Feiten

Na een uitgebreid sollicitatieproces treedt de man als ‘country manager’ in dienst op 1 december 2016. Vervolgens accepteert hij in juni 2017 de functie van ‘managing director’. Dit gebeurt nadat hij uitgebreid met zijn toekomstig leidinggevenden over de problemen van het bedrijf heeft gesproken en over de oplossingen die hij voor ogen heeft.

Veel tijd is hem niet gegund. In november 2017 uit een nieuwe leidinggevende zijn zorgen over de gang van zaken. Begin december 2017, nog geen half jaar na zijn aantreden, wordt de statutair bestuurder opgeroepen voor de AVA. Zijn ontslag staat op de agenda. En zo geschiedt.

Opzegtermijn

De gehanteerde opzegtermijn van één maand blijkt onvoldoende. Partijen zijn voor de bestuurder/werknemer een langere dan de wettelijke opzegtermijn overeengekomen, namelijk drie maanden. Volgens de wet dient de opzegtermijn van de werkgever in een dergelijk geval minstens het dubbele te zijn. Dit is echter niet expliciet opgenomen in de arbeidsovereenkomst. Daarin staat dat voor de werkgever de wettelijke opzegtermijn geldt. De werkgever meent dat uit de wet volgt dat deze één maand is.

De rechtbank volgt de werkgever niet, de opzegtermijn is zes maanden. De bestuurder ontvangt om die reden in elk geval een schadevergoeding van vijf maanden salaris, met wettelijke verhoging en wettelijke rente.

Ontslag door een aandeelhoudersbesluit

Wat volgt is de discussie over de billijke vergoeding. Voor het ontslag van ‘gewone werknemers’ dient de werkgever in principe ontbinding van de arbeidsovereenkomst te verzoeken bij de kantonrechter. Bij statutaire bestuurders is dit anders. Een AVA-besluit volstaat bij hen voor een rechtsgeldig ontslag.

Voldragen ontslaggrond

Niettemin moet de werkgever er rekening mee houden dat de wet ook een statutair bestuurder enige bescherming biedt. Als geen sprake is van een redelijke ontslaggrond, dan kan de rechter namelijk een billijke vergoeding toekennen aan de statutair bestuurder.

In dit geval bepaalt de rechter dat de g-grond (verstoorde arbeidsverhouding) niet voldoende concreet is gemaakt door de werkgever. Ook de d-grond (disfunctioneren) is niet van toepassing; de onderneming presteerde al voor zijn aanstelling ondermaats en de bestuurder heeft niet voldoende tijd gekregen het tij te keren. Daarom wordt ook een verlies van vertrouwen in de capaciteiten van de bestuurder (h-grond) niet aannemelijk geacht.

Hiermee staat het recht op een billijke vergoeding vast.

Hoogte van de billijke vergoeding

De rechtspraak is nog jong en vaak zeer feitelijk van aard, maar de factoren die de hoogte van de billijke vergoeding beïnvloeden, worden steeds duidelijker. Hieronder volgt een aantal van die factoren:

  • of de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd is aangegaan;
  • de tijd die de statutair bestuurder heeft gekregen om zijn visie te ontplooien;
  • het recht op en de hoogte van de transitievergoeding;
  • de diffamerende werking van het ontslag;
  • de leeftijd van de statutair bestuurder en daarmee zijn kans op een nieuwe baan;
  • andere vergoedingen die zijn toegekend (in dit geval de schadeloosstelling voor het hanteren van een onjuiste opzegtermijn).

Deze gezichtspunten leveren uiteindelijk een billijke vergoeding op van negen maandsalarissen, verminderd met het toegekende bedrag vanwege de opzegtermijn.

Conclusie

Ondanks dat het ontslag van een statutair bestuurder relatief eenvoudig te bereiken is, dient de werkgever erop toe te zien dat voor dat ontslag een redelijke grond aanwezig is. Is dat niet het geval, dan heeft de bestuurder recht op een billijke vergoeding, die hoog kan oplopen.

Heeft u vragen over het ontslag van een statutair bestuurder? Of bestaat er onduidelijkheid over de te hanteren opzegtermijn? Neem gerust contact op met de sectie arbeidsrecht van Van Till advocaten.