Hoe Quick Boys met Dirk Kuyt in de pot met geld is gevallen
Veel voetbalfans denken dat alleen zaakwaarnemers en spelers meeprofiteren van grote transfersommen die betaald worden in de voetbalwereld. Feit is echter dat de voetbalwereld socialer is dan men denkt. In 2001 heeft de FIFA de zogenoemde solidariteitsbijdrage ingevoerd. Deze bijdrage houdt in dat de clubs die de getransfereerde speler hebben opgeleid ook meeprofiteren van de transfer.
Hoe profiteren deze clubs dan mee? Bij een internationale transfer waarbij een transfersom wordt betaald, wordt 5% van deze transfersom gereserveerd voor de clubs waar de speler tussen zijn 12e en 23e levensjaar heeft gespeeld. De clubs waar de speler van zijn 12e tot en met zijn 15e levensjaar zijn voetbalopleiding heeft genoten, krijgen een percentage van 0,25% over de totale transfersom per opleidingsjaar. De clubs waar de speler van zijn 16e tot en met zijn 23e levensjaar heeft gespeeld, ontvangen een vergoeding van 0,5% over de totale transfersom per opleidingsjaar. Hoe meer jaren een speler bij een club heeft gespeeld tussen zijn 12e en 23e levensjaar, hoe meer de betreffende club dus als solidariteitsbijdrage ontvangt. Uiteraard geldt hetzelfde voor de hoogte van de transfersom: hoe hoger de transfersom is, hoe meer de opleidende club aan solidariteitsbijdrage ontvangt.
De bovenstaande bijdrage geldt alleen bij internationale transfers. Nederland kent via de KNVB een nagenoeg gelijke regeling voor solidariteitsbijdrage bij een transfer binnen Nederland. Er zijn echter ook landen die een dergelijke regeling niet kennen voor bij binnenlandse transfers, zoals Engeland en Italië. Zo profiteerden de opleidende clubs van Gonzalo Higuain niet mee bij zijn megatransfer van Napoli naar Juventus, waarbij een bedrag van €90 miljoen was betaald.
Nederlandse clubs profiteren als opleidingsclub vaak wel van deze solidariteitsbijdrage. Het is zelfs zo dat een aantal amateurclubs in Nederland hier goed aan hebben verdiend. Zo voetbalde Arjen Robben op twaalfjarige leeftijd nog een jaar bij VV Bedum. VV Bedum heeft hierdoor bij elke transfer van Arjen Robben een aandeel van 0,25% in de transfersom gehad. Aangezien Arjen Robben meerdere keren een miljoenentransfer heeft gemaakt, heeft VV Bedum dit naar verluidt bijna €200.000,- opgeleverd.
Quick Boys uit Katwijk heeft het nog beter voor elkaar gehad. Bij deze club heeft Dirk Kuyt tot en met zijn zeventiende verjaardag gespeeld. Veel opleidingsjaren, dus een hoge solidariteitsbijdrage. Quick Boys deelde voor 2% mee in de transfer die Kuyt maakte van Feyenoord naar Liverpool. Aangezien de transfersom €13,25 miljoen bedroeg, ontving Quick Boys een bedrag van €269.000,- aan solidariteitsbijdrage. Dat Quick Boys een tribune naar Dirk Kuyt heeft vernoemd, is dus niet meer dan logisch.
Heeft u sportgerelateerde juridische vraagstukken? Neemt u dan gerust en vrijblijvend contact op met mij via info@vantill.nl.