Verkopen via internet door een distributeur
“Wat kan uw leverancier u als distributeur verplichten ten aanzien van haar producten en wat niet?”
Waar een distributeur in het verleden de producten die zij van haar leverancier betrok hoofdzakelijk – zo niet uitsluitend – aanbood via haar groothandel, heeft de verkoop van producten via internet de afgelopen jaren een aanzienlijke vlucht genomen. Steeds meer distributeurs maken dan ook dankbaar gebruik van de mogelijkheden die verkopen via internet hen biedt. Omdat sommige leveranciers paal en perk wensen te stellen aan de verkoop van hun producten via het internet, is het voor u als distributeur van belang om te weten wat uw leverancier u ten aanzien van de internetverkoop kan verbieden en wat niet.
Op de overeenkomst tussen u als distributeur en uw leverancier is Europese regelgeving van toepassing, te weten de op 1 juni 2010 in werking getreden Verordening (EG) nr. 330/2010 inzake verticale overeenkomsten. Voorbeelden van een verticale overeenkomst zijn de (exclusieve) afnameovereenkomst, de (selectieve) distributieovereenkomst en de franchiseovereenkomst. Verticale overeenkomsten die de mededinging beperken zijn op grond van het Europese (en daarmee het Nederlandse) mededingingsrecht verboden. De Europese Commissie heeft in deze Verordening onder andere ingespeeld op de explosieve stijging van verkopen via het internet.
Verkopen waarbij de distributeur op eigen initiatief individuele klanten bezoekt en benadert, door klanten bijvoorbeeld ongevraagd rechtstreeks aan te schrijven of mailings te versturen, wordt beschouwd als ‘actieve verkoop’. Bij passieve verkoop daarentegen, ligt het initiatief van de koop bij de afnemer. Onder passieve verkoop wordt bijvoorbeeld verstaan het geval waarin een afnemer buiten het (exclusieve) vertegenwoordigingsgebied van de distributeur uit eigen overweging de desbetreffende distributeur benadert om bij hem het product aan te schaffen. Ook het geval waarin de klant ervoor kiest om (automatisch) op de hoogte te worden gehouden door de distributeur en dit tot een verkoop leidt wordt aangemerkt als passieve verkoop. De Verordening beschouwt verkoop via internet als ‘passieve verkoop’. Actieve verkoop waarbij de distributeur actief klanten werft in exclusieve gebieden die aan andere distributeurs zijn toegewezen, kan door de leverancier worden verboden; een verbod op passieve verkoop daarentegen, is niet toegestaan.
Het uitgangspunt is dat een leverancier haar distributeur niet een algeheel verbod kan opleggen om de contractsproducten via internet te verkopen; een dergelijk verbod zou de mededinging immers sterk beperken. Tevens is het voor een leverancier niet mogelijk om de volgende beperkingen op te leggen met betrekking tot internetverkoop:
(a) De leverancier kan haar distributeur niet verplichten om klanten van buiten het vertegenwoordigingsgebied die de website van de distributeur bezoeken te blokkeren of door te leiden naar de website van de producent of naar een website van de distributeurs in het land waar de desbetreffende klant is gevestigd. Ook een bepaling op grond waarvan de distributeur transacties van klanten via internet dient af te breken indien uit de gegevens van de creditkaart van de klant kan worden afgeleid dat deze klant buiten het vertegenwoordigingsgebied van de distributeur is gevestigd.
(b) De leverancier kan niet verbieden dat de distributeur op haar website de mogelijkheid heeft ingebouwd om te kiezen voor verschillende taalversies.
(c) Het is de leverancier niet toegestaan om een verplichting op te leggen aan haar distributeur om het aandeel van de internetverkoop in de totale verkoop van de distributeur te beperken.
(d) Tot slot kan een leverancier geen afspraken maken op grond waarvan aan de distributeur hogere prijzen worden doorberekend met betrekking tot producten die via het internet worden verkocht, dan voor producten die offline worden verkocht.
Wat daarentegen wel is toegestaan, is dat de leverancier de distributeur verplicht een bepaalde hoeveelheid producten offline te verkopen. Daarnaast kunnen online-verkoopmethoden die als actieve verkoop worden aangemerkt wel door de leverancier worden verboden. Hiervan is bijvoorbeeld sprake indien de distributeur op haar website gebruik maakt van banners waarmee de distributeur zich specifiek en actief richt op het werven van klanten in andere exclusieve vertegenwoordigingsgebieden.
Daarnaast is het een leverancier wel toegestaan om bepaalde voorwaarden stellen aan de verkoop via internet, zoals bijvoorbeeld kwaliteitseisen aan de website en de reclame die daarop wordt gemaakt. Dit zal veelal het geval zijn bij een selectief distributiestelsel. Zo kan een leverancier in het geval van een selectief distributiestelsel bijvoorbeeld eisen stellen ten aanzien van de online aftersales service, het terugbetalen van kosten van klanten die producten online hebben besteld maar retourneren en aan de toepassing van veilige betalingssystemen. Ook kan een leverancier in een selectief distributiestelsel van haar distributeur verlangen dat zij één of meerdere fysieke winkels aanhoudt om deel te kunnen uitmaken van het selectieve distributienetwerk.
Zodra de (kwaliteits)verplichtingen die een leverancier haar distributeur oplegt enkel en alleen tot doel hebben de verkoop door de distributeur via internet te ontmoedigen, dan handelt de leverancier in strijd met het mededingingsrecht.
Nu u als distributeur op grond van de Europese regelgeving relatief “vrij” bent in het gebruik van internet, en uw leverancier u slechts in beperkte mate verplichtingen kan opleggen, kunt u derhalve bij de verkoop van uw producten volop gebruik maken van de mogelijkheden die het internet u biedt.